Vaccinaties

BVD - Boviene virale diarree

Het boviene virale diarree virus is op te splitsen in 2 types, namelijk BVDV-1 en BVDV-2, waarbij vooral deze eerste het meest voorkomt in Nederland. Bij infectie van een koe met het virus zal de koe enkele dagen last krijgen van koorts, waarbij in 70% subklinische gevallen, en de weerstand van de koe daalt voor ongeveer 10 dagen. Nadat de koe de infectie heeft doorlopen zal zij levenslang antistoffen met zich meedragen, die te traceren zijn in het bloed. Ondanks dat zij deze levenslang heeft, is ze niet levenslang beschermd. Wanneer de koe op het moment van infectie drachtig is kan het ongeboren kalf ook besmet worden en drager worden.

Er zijn verscheidene opties mogelijk bij een besmetting tijdens de dracht, afhankelijk van het moment van besmetting:

  1. Tijdens de gehele periode van de dracht, veroorzaakt embryonale sterfte of abortus.
  2. Tijdens dag 30-125 van de dracht, waarbij immunotoleratie optreedt van het kalf. Deze optie veroorzaakt de meeste problemen, want het kalf bouwt geen antistoffen op tegen het virus omdat het deze herkent als ‘lichaamseigen’. Het kalf scheidt vanaf de geboorte dus massaal, continue en levenslang virus uit zonder dat het kalf er zelf ziek van is. Tussen de leeftijd van 6 maanden en 2 jaar treedt er meestal een mutatie op van het virus waardoor het kalf ‘mucosal disease’ gaat ontwikkelen en hieraan zal sterven.
  3. Tijdens 100-150 dagen dracht, leidt tot het oculo-cerebellair syndroom bij het kalf.
  4. Tijdens dag 90 van de dracht tot aan de partus, het kalf herkent het virus tijdens de dracht en zal hiertegen antistoffen opbouwen. Bij de geboorte draagt het kalf het virus dus niet meer met zich mee, maar behoudt wel levenslang antistoffen.

De symptomen van BVD lopen sterk uiteen en ze hoeven niet altijd aanwezig te zijn, dit bemoeilijkt de diagnose. Wanneer ‘mucosal disease’ ontstaat vormen zich de meest typische symptomen, namelijk: diarree (evt. met bloed, persen), koorts en ulceraties in de mond. Verdachte symptomen zijn achterblijvers, sterrenkijkers, blindheid of allerlei bloedingen. De boodschap is eigenlijk dat wanneer een ziekte zich erger voordoet dan verwacht en de resultaten van een behandeling tegenvallen, men BVD in het achterhoofd moet houden. Voor meer informatie over het virus, de risicofactoren en de bestrijding klikt u hier.

Vaccinatieschema:

  • Basisenting: advies is tenminste 3 weken voor inseminatie/dekking -> foetale bescherming
  • Herhaling: 1 jaar later

Disclaimer | Algemene voorwaarden 
© Dierenartsenpraktijk Beltrum